vrijdag 21 augustus 2009

Over Koos.






Koos was een zwerfpoes die eerst in de Hortus in een gat onder de tulpenboom bij de ingang heeft gewoond. Op een gegeven moment is ze naar de Kaiserstraat verhuisd en ging ze slapen in een hoop herfstbladeren. Waar ze haar eten vandaan haalde was een raadsel, want ze was op zijn zachtst gezegd niet mager. Vermoedelijk haalde ze vuiliniszakken open. Ook de meeuwen weten dat de mensen in de stad genoeg weggooien om je buikje rond te eten.
In Café Het Keizertje werkte toen een barkeeper, Joris, die medelijden met het arme diertje kreeg en haar in de kroeg opnam. Ze mocht helemaal bovenin het pand wonen. Er was echter een ongelooflijk probleem. Ze wou niet zindelijk worden....
Na een paar maanden was de eigenares het zat en zei: "ik bel nu het asiel!". Inmiddels had ik door dat Koos niet goed in elkaar zat. Ze had een heel vreemd gedrag dat ik van mensen eigenlijk alleen kende van kinderen met een down syndroom, zoals ik eens eerder heb vermeld. Zowel geestelijk als lichamelijk was ze 'afwijkend' en dat zal de reden zijn geweest waarom ze door haar eerste baasjes op straat is gezet. Hoewel ze fysiek in eerste instantie gezond leek, vermoed ik dat het zo gegaan moet zijn.
Het plan van de eigenaresse van de kroeg om haar naar het asiel te brengen, zou meteen betekenen voor dit diertje: inslapen. Dat kon ik niet over mijn hart verkrijgen, dus heb ik haar maar meegenomen.


In eerste instantie was dat geen onverdeeld genoegen. Mijn toenmalige katten, rooie Bacchus en zwarte Poes (dure raskater, maar dat wist ik toen gelukkig niet) duldden haar niet. Gelukkig wou ze niet binnen wonen en de timmerman van Naturalis (thans meubelrestaurateur van De Lakenhal) heeft een hutje voor haar gemaakt waar ze in de tuin in kon wonen. Ik heb er met zwarte verf 'Koos Castle' op geschreven. Ze was er erg gelukkig. Wel kwam ze binnen als er visite was. Een goede vriend van me heeft een fotoserie van haar gemaakt toen ze onder de tafel zat. Van onder de tafel stak ze een pootje omhoog om fliebertjes van de kaas op de dichtstbijzijnde kaasplank te schrappen, die ze zorgvuldig van haar pootje likte. Zo heeft zo binnen een kwartier een groot stuk Brie naar binnen gewerkt, zonder te merken dat iedereen bewonderend naar haar keek. Zo gek was ze dus toch ook weer niet.
Als het erg koud was kwam ze ook binnen. Als ik voor de kachel lag kon ze uren lang mijn hoofd poetsen.
Op een gegeven moment kwamen mijn vriendin en ik thuis van een avondje stappen en lag ze in de keuken met rare spastische bewegingen. Ik belde de dierenarts die dienst had (toevallig mijn eigen dierenarts) en een taxi. Die bracht ons vliegensvlug naar de praktijk (de fantastische en meevoelende chauffeur wou ook bij de behandeling zijn!) en daar kwam de diagnose: hartaanval. Ze heeft nog een half jaar geleefd, en toen was het over. Maar ik ben er heel trots op dat ik haar nog een paar fijne jaren heb kunnen bezorgen.


Hans.

3 opmerkingen:

Annemieke zei

Arme Koos! Maar als het echt een syndroom van Down achtig iets was, dan klopt dat wel - want Down patienten hebben ook een hoog risico op hart aandoeningen (en op overgewicht). Toch fijn dat Koos nog een mooie tijd gehad heeft - een eigen kasteel is iets wat weinig katten kunnen zeggen (alhoewel - de meesten zien hun huis als hun kasteel natuurlijk).

Mevrouw Katblad zei

Prachtig verhaal, Hans! En goed gedaan! Je bent een echte kattengek, dat is duidelijk!

Katja zei

Mooi verhaal over Koos hoor ! En zo dom was ze niet, dat ze toch eerst zo goed haar kostje bij elkaar kon scharrelen.